Ballon schilderen

BEGINSITUATIE

Doelgroep: 4-10 jaar

Duur: 60 minuten

Locatie: Buiten

Deze activiteit is uit te voeren met meerdere doelgroepen. Het is extra leuk om dit door elkaar te doen. De kleuters en het jonge schoolkind lopen uit één met ontwikkeling. Door deze twee groepen samen te laten komen in een schilderactiviteit kunnen zij elkaar versterken.

DE ACTIVITEIT IN HET KORT

De kinderen maken buiten spelenderwijs samen één groot kunstwerk. Dit doen ze met waterballonnen gevuld met verf. Voor deze activiteit zijn meerdere opties mogelijk:

Je kan ervoor kiezen om de ballonnen op het doek te hangen. De kinderen staan op een afstandje en gooien iets scherps op de ballonnen. Dit kan een dartpijltje zijn.
De kinderen gooien de ballonen naar het opgehangen of liggende doek.
Het doek ligt op de grond of hangt. In de ballonnen met verf maak je een minuscuul gaatje. Door de kinderen in de ballon te laten knijpen ontstaan er spetterpatronen op het doek.
Een combinatie van bovenstaande opties.

De verf wordt van te voren door de begeleider/docent gemaakt. Het recept hiervoor is onder aan de pagina te lezen.

DOEL

Motorisch aspect: De kinderen oefenen met mikken, de grove motoriek. Zowel met het gooien van het pijltje of de ballon als met het spuitende verf.

Cognitief aspect: De kinderen zijn bezig met actie en reactie. Wat gebeurt er met de verf wanneer je een ballon gooi? Is dat anders dan wanneer je knijpt in een ballon met een gaatje?

Sociaal-emotioneel aspect: Kleuters gaan net naar school. Het omgaan met leeftijds-genoten word versterk. Hierdoor worden zij steeds minder egocentrisch. Deze activiteit bevorderd het samenspel en leren delen.

VOORBEREIDINGEN

Materiaal

Bloem
Zout
Water
Voedselkleurstof
Weerballonnen
Trechter (om de verf in de ballon te doen)
Canvas (Bijvoorbeeld een oud wit laken of groot papier)
Eventueel dartpijltjes of iets anders scherps

Voor de activiteit begint zijn de verf en de (meeste) verfballonen gemaakt. Het canvas ligt of hangt op de goede plek. Wanneer je kiest voor het gooien met dartpijltjes hangen ook de eerste ballonnen al.

UITWERKING

Start activiteit

Inhoud: De kinderen zitten buiten in een halve kring om de begeleider/docent heen voor de instructie.

Rol van de begeleider/docent: De begeleider/docent staat met het gezicht in de zon, zodat de kinderen er niet tegen in hoeven te kijken. De kinderen worden welkom geheten. De begeleider/ docent legt uit wat er gaat gebeuren. De kinderen gaan samen een groot kunstwerk maken. Belangrijk is om de (veiligheids) regels te benoemen. Zeker wanneer er gebuikt wordt gemaakt van dartpijlen. Je staat stil bij wat te doen met afval en dat de verfballonen niet bedoelt zijn om op elkaar te gooien.

Tijd en materialen: Aan de instructie besteed je 5 tot 10 minuten.

Vervolg activiteit

Inhoud: De kinderen maken het kunstwerk. Hierbij is het belangrijk dat ze niet allemaal tegelijkertijd gooien. Het hoeft niet één voor één, maar als begeleider wil je met al dat gooien wel het overzicht houden. Werk bijvoorbeeld met drie rijen. Zo is iedereen evenveel aan de beurt. Wanneer je kiest voor de variant zonder gooien (het knijpen in ballonen) kan iedereen tegelijkertijd.

Rol van de begeleider/docent: Als begeleider/docent zorg je ervoor dat iedereen evenveel aan de beurt komt. Je houdt de (veiligheids)regels in de gaten. Zeker als er gegooid wordt. Hiernaast vul je eventueel verfballonnen aan.

Tijd en materialen: Aan dit onderdeel besteed je 40 tot 45 minuten. Zorg voor het canvas, verfballonnen en eventueel dartpijltjes.

Sluit activiteit

Inhoud: De kinderen ruimen op. Alle stukjes ballon gaan in de vuilnisbak. Wanneer nodig wordt er met een doekje schoongemaakt. Als laatste worden de handen gewassen.

Rol van de begeleider/docent: : Begeleidt het opruimen en schoonmaken. Ga na over er geen afval blijft liggen. Wanneer droog wordt het kunstwerk op een vaste plek opgehangen.

Tijd en materialen: Over het opruimen en schoonmaken wordt 10 minuten genomen. Zorg voor vuilniszakken, bezem en doekjes met sop.

EVALUATIE

Was er genoeg tijd voor de activiteit?
Waren de juiste materialen aanwezig?
Was de activiteit geschikt voor de deelnemers?
Was de ruimte voor de activiteit geschikt?
Wat vonden de deelnemers van de activiteit?
Zijn de doelen van de activiteit bereikt?
Zou je in het vervolg iets anders doen?

Kinderverfrecepten

OPTIE 1

Ingrediënten

150 gram bloem
150 ml koud water
200 ml warm water
2,5 eetlepel zout
Voedselkleurstof

OPTIE 2

Ingrediënten

150 milliliter Griekse yoghurt
Voedselkleurstof

Instructie

Meng alle ingrediënten in een grote mengkom. Klop het geheel goed door, zodat er geen klonten meer zijn. Voeg de kleurstof toe. Door te variëren met hoeveelheid kleur krijg je meerdere tinten. Is de verf te waterig? Doe er dan wat extra bloem bij.